Tekstgrootte
Onderzoekend leren doen wij op Trifolium door thematisch te werken.
In de groepen 1/2 gebruiken wij De Kleuteruniversiteit als inspiratiebron.
In de groepen 3 t/m 8 werken wij met IPC.
De thema's in groep 1/2
Bij de kleuters wordt er altijd gewerkt vanuit thema's. Daarbij komen de seizoenen en de feesten altijd aan bod, maar er worden ook andere thema's behandeld.
Zo zijn wij schooljaar 2019-2020 gestart met het thema “Kriebelbeestjes’ van Kleuteruniversiteit. De kinderen leren van alles over de kriebelbeestjes in en rondom huis (en school) met dit project bij ‘Het dikke kriebelbeestjesboek’ van Marianne Busser en Ron Schröder. De kinderen vinden de kriebelbeestjes reuze interessant! Met een insectenpotje en vergrootglas in de hand zijn we enthousiast op zoek gegaan naar deze kleine diertjes. Vol trots laten de kinderen hun vondst aan ons zien en zitten vol vragen: Wat is dit voor beestje? Wat eet het beestje? Kan hij prikken?
De thematafels in de klassen zijn ingericht rond het thema en in de bouwhoek bouwen we prachtige insectenhotels. Op het schilder- en krijtbord worden allemaal kriebelbeestjes geschilderd en getekend. In de ontdekhoek op de gang hebben we wandelende takken! In de letterhoek schrijven of stempelen we de namen van de kriebelbeestjes. De letter, die we bij het thema leren is de ‘m’ van ‘mug’.
Aan de hand van ‘Het dikke kriebelbeestjesboek’ doen we diverse taal- en rekenactiviteiten. Met de houtworm rijmen de kinderen, samen met de bromvlieg kijken ze in de afvalbak en luisteren ze naar klanken in woorden, met de mieren geven ze zinnen door aan elkaar, bij de mug meppen ze op de klank ‘m’, ze helpen het lieveheersbeestje bladluizen verzamelen, tellen fruitvliegjes op het fruit, spiegelen de vleugels van de atalanta en nog veel meer.
We leren de Engelse woorden ladybug, ant, butterfly, fly, bee en grasshopper. Vraagt u uw kind maar eens naar de betekenis van deze Engelse woorden. In de letterhoek kleuren we kleurplaatjes van deze diertjes, waarop de Engelse naam staat. We schrijven of stempelen de Nederlandse naam erbij.
Wilt u weten wat we tijdens deze activiteiten allemaal leren? Neem dan een kijkje in onze lokalen op de blauwe prikborden.
IPC (groep 3 t/m 8)
In de ochtend werken de leerlingen met de methodes voor rekenen, taal, spelling en (begrijpend)lezen. Drie middagen in de week wordt er gewerkt aan de hand van thema’s, met behulp van de methode IPC (International Primary Curriculum). Het IPC is een integraal, thematisch en creatief programma voor kinderen van 4-12 jaar. Elk IPC-thema (unit) omvat diverse vakken, waaronder wetenschap, geschiedenis, aardrijkskunde, ICT, kunstzinnige vorming, muziek en lichamelijke opvoeding. Binnen het thema worden verschillende vakken met elkaar verbonden. Elk vak bestaat weer uit een aantal leertaken zodat de leerkracht de kinderen goed kan helpen om de verschillende leerdoelen te bereiken.
IPC helpt ons om:
• kinderen waardevoller te laten leren en zich te ontwikkelen
• toekomstgericht de 21ste -eeuwse vaardigheden structureel aan te bieden en aan te leren. 21ste -eeuwse vaardigheden zijn: communiceren, samenwerken, probleemoplossend vermogen, creativiteit, kritisch denken, sociale en culturele vaardigheden, ICT-basisvaardigheden, informatievaardigheden, mediawijsheid en zelfregulering
• te werken vanuit thema’s die aanspreken
• talenten van elk kind serieus te kunnen nemen en in te kunnen zetten
• om persoonlijke groei mogelijk en zichtbaar te maken
• actief burgerschap als basis te gebruiken
Elk thema (dat steeds zo’n 6 tot 8 weken duurt) werkt vanuit betekenisvolle situaties en wordt op een pakkende wijze opgestart door de leerkracht(en). Daarna gaat de leerkracht onderzoeken wat de kinderen al van dit onderwerp weten (kennisoogst heet dat). De vervolgstap is dat de leerkracht het onderwijsaanbod plant en een globaal beeld voor de kinderen schetst van het thema (big picture). De kennis- en vaardigheidsdoelen worden per vak uitgelegd en opgehangen op het IPC prikbord. De kinderen kunnen daar duidelijk zien wat ze de komende tijd gaan leren. Daarna gaan de kinderen aan de slag in een veilige omgeving. Zelf ontdekkend, onderzoekend, communicerend en creatief. De kinderen gaan dat wat ze onderzocht hebben verwerken op verschillende manieren. Ook vinden er excursies plaats binnen sommige thema's. Tot slot wordt het thema afgesloten. De afsluiting vindt soms alleen met de groep plaats, maar deels ook met de ouders/verzorgers, waarbij de kinderen laten zien wat ze hebben geleerd in de afgelopen periode.
In onderstaand artikel uit de personeelsmagazine van CPOW leest u hier meer over: